Voor dat je baksel de oven in gaat is het verstandig de volgende baktips in acht te nemen:
Weeg en meet alle ingrediënten voor je aan de slag gaat.
Bij het bakken is het nauwkeurig afwegen, de oven instellen en de juiste baktijd de sleutel tot het succes.
Volg het recept nauwgezet,dan is bakken vast geen kunst.
Met deze baktips help ik je vast op weg.
Aanbranden voorkomen:
door een bakje water onder je cake in de oven te zetten zal je cake minder snel aanbranden, mocht je baksel toch erg snel donker worden en is de baktijd nog niet om leg er dan een stuk aluminiumfolie boven op.
Amandelspijs:
wat te hard is kun je vermengen met eiwit zo word het weer soepel, je moet het dan wel direct opgebruiken.
Amandelen:
Voor het pellen van amandelen gieten we er eerst kokend water over,daarna worden ze gepeld, met koud water afgespoeld en op een doek te drogen gelegd. Zo blijven ze mooi wit. Worden ze ongepeld gebruikt, dan de amandelen goed uitzoeken, in een vochtige doek tussen de handen wrijven en op een plank laten drogen.
Bestrooien:
van je werkbank.voordat je begint met het kneden van het deeg bestrooi je het aanrecht of de tafel eerst met meel
Bewaren van baksel:
doe je in een cakedoos, taartdoos koekjestrommel of in huishoudfolie.wil je je baksel langer dan 5 dagen bewaren stop het dan in een luchtdichte zak en vries het in.
Bakresultaat:
voor het beste bak resultaat van taarten en cakes zet je altijd in het midden van de oven, voor appeltaart/vlaaien e.d. altijd 1 onder het midden.En koekjes zet je altijd 1 boven het midden.
Biscuitbodem
laat zich makkelijker verwerken en smaakt beter als deze een nacht op een koude plaats afkoelt, vergeet hem niet in te pakken, anders wordt deze droog.
Of 10 min in de vriezer plaatsen.
Bakpapier
Leg bij het bakken van cake/taart een met vet bestreken stuk vetvrij papier op de bodem van de vorm, de cake laat dan gemakkelijker los.
Brood
is klaar wanneer deze hol klinkt als je er op klopt.
Brooddeeg laten rijzen:
Tijdens het rijzen van het brood heb je doeken nodig om het deeg vochtig te houden. Het deeg mag nooit uitdrogen want dan heeft het deeg een ′strakke huid′ en kan hij niet goed meer rijzen. Om dit te voorkomen gebruik je een vochtige theedoek over de kom of over het deeg.
Waar moet een deeg rijzen?
Bij zomerse temperaturen kan dat gewoon op het aanrecht. In de winter is een goede plaats dicht bij een verwarming of in de oven of in een kast (in ieder geval een besloten ruimte zonder tocht). Is het nogal fris in de keuken, dan kan je de oven op een hele lage temperatuur voorverwarmen (60 C) en dan weer uitzetten. Werkt ook prima bij oliebollenbeslag.
Broodglans:
brood krijgt een mooie glans wanneer je het deeg met water bestrijkt herhaal dit een paar keer tijdens het bakken 2 a 3 keer.
Bakpoeder
check om te kijken of je bakpoeder nog houdbaar is kun je een mespuntje in een glas water doen als je voortdurend belletjes ziet op stijgen dan is het goed, is het enorm aan het bruisend dan is het tijd om nieuw bakpoeder aan te schaffen.
Baksel niet uit de vorm?
krijg je je baksel niet uit de vorm leg dan een natte hete theedoek er overheen, dit eventueel een paar keer herhalen
Cake aansnijden:
Haal je mes eerst door kokend heet water, droog je mes af en snij plakjes cake. Vooral handig bij cakes met een chocolade ganache en ‘kleffe cake’
cakebeslag:kun je het beste direct gebruiken, laat je het toch staan dan niet langer dan 20 min want dan verliest het zijn luchtigheid en zal je cakebeslag niet meer luchtig zijn.
Cake
krijgt een mooie korst wanneer je het beslag voor het de oven in gaat besmeerd met een beetje melk.
Chocolade glazuur overgebleven?
Laat dit uitlopen op een stuk bakpapier en laat het hard worden hier na kun je het in stukken breken en makkelijk gebruiken voor garnering op je taart.
Deeg :
kan je al een tijdje van te voren maken. Een dag of zelfs twee dagen van te voren kan prima. Je bewaart het deeg dan in plasticfolie in de koelkast. Wil je het langer dan twee dagen bewaren dan kan het nog een maand in de vriezer bewaard worden.
Deeg blijft niet plakken als:
het tussen 2 stukken keukenfolie legt en dan uitrolt, werkt heel goed bij bladerdeeg en koekjes deeg.
Deeg vormen:
Maak je met je handen vormen van deeg of moet je stukjes deeg gebruiken voor bijvoorbeeld koekjes. Doe dit met vochtige handen. Zo blijft er minder deeg aan je handen plakken!
Droge ingredienten :
altijd eerst mengen en daarna voeg je de natte ingrediënten toe.
Droogdeeg:
Is het deeg te droog dan voelt het stug aan en wordt het deeg ′zwaar′. Voeg een theelepel water toe en kneed dit door het deeg. Herhaal totdat het deeg weer soepel en elastisch wordt
Deegschraper:
Om plakkend deeg van de ondergrond te verwijderen heb je een deegschraper nodig. Een deegschraper is een belangrijke keukenhulp als je brood bakt. Je kunt er ook de kom ermee schoonmaken en het deeg ermee snijden. Deegschrappers zijn er van metaal en van plastic.
Eieren kloppen:
Dat doe je het makkelijkst door eerst de eieren op kamertemperatuur te brengen. Hierdoor krijg je meer lucht in het eiermengsel! Ben je vergeten eieren er uit te leggen op tijd? Leg ze dan even in hand warm water a 10 min.
Eieren check:
om te controleren of je eieren vers zijn leg je ze in een glas water…blijft het ei op de bodem dan is deze kakelvers! Hoe verder het ei drijft hoe ouder het ei is, drijft deze aan de oppervlakte kun je het ei niet meer gebruiken dit ei is waarschijnlijk al bedorven onthou hoe verser de eieren hoe luchtiger het gebak zal zijn.
Eiwit stijfkloppen:
zorg dat je kom en je garde goed schoon en droog zijn, zorg er voor dat er geen eigeel in zit en voeg suikers beetje bij beetje toe zodat het eiwit goed stijf wordt, eiwit is goed stijf wanneer je de kom boven je hoofd kunt houden en je hoofd droog blijft.
Fondant :
is een suikerpasta wat je goed kunt kneden voor op taarten en cupcakes, letwel het is puur suiker dus heel zoet.
Ga je eiwitten kloppen Zorg dan dat je klopper en schaal absoluut vetvrij zijn. Hierdoor krijg je meer volume!
Gaar proef:
zelf gebakken cake,taart muffins cupcakes, kun je controleren op gaarheid door aan het eind van de bak tijd een sate pen in het midden van je baksel te steken, komt deze er droog uit dan is je baksel klaar, is het nog nat dan zal je satepen er vies uitkomen en zul je de baktijd moeten verlengen met 10 min, doe de gaarproef dan nog eens.
Geroosterde noten:
Ga je noten gebruiken in je cake? Rooster ze kort, zo blijven ze namelijk ‘knapperig’ als je het gebruikt in ‘nat’ beslag..
Hartige taart deeg:
als je hartige taart maakt zorg dan dat je in de deegbodem wat gaatjes prikt. Maak je nog een deksel van deeg? Prik hier dan ook gaatjes in zodat het stoom kan ontsnappen.
Hartige taart
kun je prima van te voren klaar maken, zet hem kort voor dat je hem wilt gaan gebruiken in de oven. Overgebleven taart kun je makkelijk weer op warmen.maak hem dan voor dat die de oven opnieuw in gaat even vochtig met een planten spuit.
Honing;
wat is gekristalliseerd mag je verwarmen in een waterbad tot 40 graden, maar mag nooit verwarmd worden in de magnetron.
Ingrediënten:
voor je gaat bakken altijd klaarzetten, zo grijp je nooit mis
Invriezen:
Al het gebak kan ingevroren worden. Verpak de porties in aluminiumfolie, schrijf de datum erop en het soort gebak .
De bewaartijd bedraagt ongeveer:
- 2 maanden voor cakebeslag en gevuld biscuitdeeg.
- 3 maanden voor gist deeg en reuzel gebak.
- 4 maanden voor bladerdeeg.
- 5 maanden voor gist gebak, brood, broodjes en cake gebak.
- 6 maanden voor ongevuld biscuit gebak.
Het gebak moet zo snel mogelijk na het bakken ingevroren worden.
Inzakken:
van je gebak kun je voorkomen door je baksel het eerste half uur zeker met rust te laten in de de oven en de deur niet meer open te doen .Als je baksel klaar is laat je deze nog 5 min in de oven staan alvorens hem te storten op het taartrooster
Koekjes bewaren:
Bewaar koekjes en andere lekkernijen in een luchtdichte trommel in de koelkast. Haal ze voor het opdienen uit de koelkast zodat ze op kamertemperatuur kunnen komen
Koekjesdeeg:
als je deeg maakt, zorg er dan voor dat alle ingredienten koud zijn. Je kan het deeg het beste kneden op een koude ondergrond. Maar voordat je het deeg gaat gebruiken kan je het beste het deeg een half uurtje laten rusten in de koelkast.
Koekjes uitsteken:
Dat is een lastig karwei. Als je je deeg hebt uitgerold ga dan niet gelijk de koekjes uitsteken maar zet het deeg nog even terug in de koelkast. Zo steek je ze makkelijker uit, krijg je scherpere randen en krijg je ze makkelijker los.
Kamertemperatuur:
voor het bakken van cake′s en taarten, muffin en cupcakes is het best om te zorgen dat boter eieren melk op kamertemperatuur zijn.Zo wordt je cake mooi luchtig!
Kneden:
Blijf niet te lang kneden! Het deeg kan te zacht of te warm worden door te lang te kneden!Kneed het deeg met je handen door het naar je toe te vouwen en dan weer weg te drukken. Kneed net zolang totdat het deeg soepel en elastisch is. Het zal dan terugveren als je het indrukt met je duim.
Lees de baktips en voorkom mislukkingen De receptuur lezen is belangrijk. Zorg dat je ingrediënten klaar staan en lees eens door deze baktips heen. Zo voorkom je een mislukte taart of cake!
Lossen van gebak uit de vorm:
doe je zo snel mogelijk zodat je baksel kan uitdampen, behalve bij biscuitdeeg dit laat ik altijd in de oven afkoelen
Marsepein en fondant: moet je veel met poedersuiker blijven bestuiven tijdens het uitrollen zodat het niet plakt aan je werk bank.
Marsepein
is een mengsel van amandelen en suiker en eiwit.en veel minder zoet dan fondant, mits je de juiste verhouding hebt 1:1 (=1 deel amandel 1 deel suiker is het beste!) 1:2 en 1:3 worden veel gebruikt 1:4 (= 1 deel amandelen en 4 delen suiker).is daar in tegen voor het bekleden veel te zoet.
Meel:
Houd een kopje meel bij de hand bij het kneden. Je kunt het nodig hebben om te zorgen dat het deeg niet aan de werkbodem blijft plakken. Voelt het deeg heel plakkerig aan en kan je moeilijk kneden, dan heeft het deeg meer meel nodig. Blijf meel op de werkbodem strooien als het deeg plakkerig aanvoelt. Zo houd je bovendien de werkbodem schoon en kun je na het kneden volstaan met een natte doek om de werkbodem te reinigen
Oven:
verwarm je oven ruim tijds van te voren, bij de meeste recepten moet je baksel in een voorverwarmde oven.
Oventemperatuur:
twijfel je aan de temperatuur van je oven koop dan een oven thermometer.
Roomboter:
voor het maken van de lekkerste cake gebruik je roomboter, de cake wordt hierdoor mals en romig.
Roeren:
Steeds dezelfde richting aanhouden. Het eenvoudigst gaat dit met de mixer of keukenmachine,omdat het beslag anders haar luchtigheid verliest en geen volume krijgt.
Rozenproef:
waneer je vloeistoffen hebt gebonden voor vla bijvoorbeeld of bij een creme,waarbij de vloeistoffen niet vloeibaar meer zijn maar ook nog net niet gebonden is, dan neem je een houten lepel en een schep van de vloeistof en vlaas voorzichtig op de bolle kant van de lepel en ziet je een soort roos ontstaan dan is de vloeistof goed
Rijzen:
als je cake ongelijkmatig rijst kun je na 30 min het beslag van boven 1 cm in snijden en dan verder af bakken.
Scheuren
van je deeg voor kom je door:Haal een klein bolletje deeg van het deeg af en gebruik dit als een stampertje. Dit voorkomt vingerafdrukken en scheuren in je taartdeeg. Krijg je toch nog scheurtjes in het deeg klop dan met de bolle kant van de soeplepel op het deeg.
Snijden van je cake en taart :
doe je het beste met een warm mes.
Spuiten van glazuur of deeg:
Bestuif het bakblik met bloem en maak met een glas afdrukken in het meel. Deze cirkels maken het spuiten van het deeg gemakkelijker. Een spuitzak kunnen we zelf maken door een puntje van een plastic zakje af te knippen. Door deze kleine opening kunnen we zelfs haarfijne streepjes glazuur spuiten.
Schuim
maak je het mooiste stijf als suikersiroop bij het geslagen eiwit roert.
Stabiele kom:
je mengkom op een vochtige doek zetten zorgt er voor dat deze niet wegglijd tijdens het kloppen.
Spuitzak vullen:
Ik zet mijn spuitzak altijd in een maatbeker en vouw de boven kant om de beker heen, zodat ik hem goed kan vullen en beide handen vrij heb.
Soezen:
rijzen mooi gelijkmatig uit al je de helft van het water door melk vervangt in het receptensoezen die na het bakken inzaken zijn niet gaar geweest want gare soezen zakken niet in.
Taart doorsnijden:
om te vullen doe je met een kartel mes een handig trukje is om een inkeping in de zijkant van je taart te maken en daar een draad langs te leggen en deze kruislinks aan te spannen
Vulling voor bijvoorbeeld appeltaart:
Let er op dat de ingredienten van de vulling ook koud zijn, anders kan het deeg in de taartvorm snel instorten doordat het deeg te zacht en te warm wordt.
Vorm vullen:
voor je de vorm gaat vullen met beslag moet je de vorm altijd eerst beboteren en dan met meel of wat ik altijd doe paneermeel bestrooien, vervolgens het beslag er in en je hebt een pracht resultaat.
Vulling in je cake:
als je de cake wilt vullen haal de vulling dan even door 1 of 2 el meel en spatel het dan voorzichtig door je beslag.zo zakt je vulling niet direkt naar de bodem.
Vruchtentaart:
voor de mooiste vruchtentaart, zoals appeltaart zorg je dat er altijd iets tussen de vulling en de bodem ligt, bijvoorbeeld: spijs of custard of speculaaskruimels. Dit zorgt dat je altijd een gare bodem hebt.
Zeven:
zeef bloem basterdsuiker bakpoeder altijd eerst voor dat je het toevoegt aan je deeg/beslag zo voorkom je klontjes en vermengd alles beter.
Zandtaartdeeg:
altijd 30 min laten rusten na het kneden, omdat dit veel boter bevat wordt deze snel zacht en plakkerig, het beste resultaat krijg je door snel te kneden en dan 30 minuten te laten rusten.Hier na zo snel mogelijk in de vorm verwerken.
Wat een goede tip Sandra, dank voor je bijdrage
Even een kleine aanvulling op de tip voor het laten rijzen van brooddeeg 😉 wanneer je net als ik niet met vochtige doeken wilt werken, vet dan de kom eerst in met wat olie, leg het deeg er in, zodat er nu een heel klein laagje vet op de ondekant van het deeg zit, draai het vervolgens om, nu zit er als het goed is overal een dun laagje olie op. De kom afdekken met plastic folie of wat ook heel handig werkt : goedkope wegwerp douchemutsjes. (Herbruikbaar, eventueel voorzichtig afspoelen en droogdeppen)