Dadels; een verantwoorde traktatie bij zoete trek – Als ik even terug ga in de tijd, zo’n jaar of vijfentwintig, dan moet ik eerlijkheidshalve bekennen dat mijn culinaire kennis niet zo heel breed was, gelukkig is dat inmiddels veranderd, maar het was wel in die periode dat ik mijn eerste dadel voorgeschoteld kreeg. Een vrucht waar ik toen nog nooit van gehoord had, gezien had, laat staan geproefd had. Met enige tegenzin zette ik mijn tanden in die verschrompelde vrucht die er, naar mijn idee, alles behalve uitnodigend uitzag, toch wist ik al bij het eerste hapje dat ik deze vrucht zeker vaker zou gaan eten.
De dadelpalm
Dadels stammen al van rond 6000 voor Christus. Ze groeien aan de dadelpalm, deze verdragen grote droogte en hitte en dit zijn vereisten om dadels van goede kwaliteit te kunnen laten rijpen. Ze worden dan ook voornamelijk uit het Midden-Oosten geïmporteerd. Aan het einde van de 18e eeuw werd de dadelpalm naar Amerika gebracht, hiermee is de populariteit van de vrucht enorm gegroeid. De meeste dadels die we in Nederland terug vinden komen van de dadelpalmen die langs de Nijl in Egypte groeien. De vruchten worden in november en december geoogst en kunnen vers of gedroogd gegeten worden.
De verse dadel
Wil je echt verse vruchten dan zul je het meeste succes hebben als je in het late najaar bij een Turkse of Marokkaanse supermarkt kijkt. Daarnaast kunnen deze vruchten goed worden ingevroren, dus ook in de diepvries van diverse toko’s zal je succes hebben bij je zoektocht naar niet gedroogde maar pure variant.
De verse vrucht is slechts beperkt houdbaar en is minder zoet en minder plakkerig als de gedroogde. Ze zijn lekker sappig en hebben zacht vruchtvlees. Een verse dadel eet je lekker uit het vuistje of gebruik je in gerechten, de toepassing is niet anders dan die van een gedroogde. Wacht wel met eten tot ze goed rijp zijn, de schil van een onrijpe dadel is vrij taai en een onrijpe dadel is ook niet zo lekker zoet.
De gedroogde dadel
In Nederland is het vooral de gedroogde dadel die we kennen en eten. De gedroogde variant is het hele jaar door en veel makkelijker verkrijgbaar, bij o.a. de notenboer of groenteman. Geen zorgen, ook een gedroogde dadel zit bomvol gezonde voedingsstoffen. Een gedroogde dadel herken je aan zijn rimpelige, ietwat plakkerige, doffe, donkerbruine huidje. Naarmate een gedroogde dadel ouder wordt, wordt ook de schil harder en hierdoor minder lekker. Vind je de schil sowieso te hard laat ze dan even weken in water zo worden ze zachter.
De gesuikerde dadel
Dit is de dadel die je vaak in de supermarkt terug vindt, die lekker glimt en nog meer plakt. Dit is eigenlijk een dadel die je het best kunt mijden. Deze dadel wordt namelijk nog eens ondergedompeld in een suikersiroop, wat de hoeveelheid suiker in de dadel wel ontzettend hoog maakt.
Het is gewoon gezond!
De lijst van gezondheidsvoordelen van een dadel is best indrukwekkend toch geldt ook voor het nuttigen van dadels; doe het met mate want naast veel gezonde eigenschappen bevat een dadel ook veel suiker.
Doordat deze vruchten rijk zijn aan magnesium en kalium zijn hebben ze een bloeddrukverlagende werking. Ook zorgt het magnesium voor een verlaagde kans op artritis en alzheimer.
Door de grote hoeveelheid aanwezige vezels in een dadel kan er een vermindering van het slechte cholesterol optreden. Ook passen ze goed binnen een gezond eetpatroon van zwangere dames omdat er foliumzuur in zit. Daarnaast zijn ze rijk aan vitamine B6 wat zorgt voor een betere hersenfunctie. Dadels zouden het triglyceridengehalte (vet in de bloedbaan) met 8 tot 15% kunnen verlagen. Door de daling van het triglyceridengehalte verlaag je de kans op hart- en vaatziekten.
Dadels zijn rijk aan voedingsvezels, vitaminen, mineralen en antioxidanten.
Dadels; lekker zoet
De dadel wordt natuurlijk niet voor niets de meest zoete fruitsoort genoemd, als je dadels gebruikt heb je echt geen suiker meer nodig en kunnen dus perfect dienst doen als zoetmiddel in diverse lekkernijen zoals cake, taart of repen. Dadels zijn ideaal om gezond mee te bakken of te koken.