Steeds meer Nederlanders laten regelmatig vlees staan. Volgens recente cijfers kiest een kwart van de huishoudens minstens 1,8 keer per week voor een volledig vegetarische hoofdmaaltijd. Flexitarisch eten zit duidelijk in de lift. Toch wringt er iets: de verkoop van verse groenten daalde in 2024 met 2 procent. Hoe kan dat?
Meer vleesvrij, minder vers
Uit cijfers van GroentenFruit Huis blijkt dat Nederlanders vorig jaar minder verse groenten kochten. Vooral klassiekers als witlof, spruiten en uien verloren terrein, deels door gestegen prijzen. Daartegenover groeide de verkoop van verspakketten met 6 procent, omdat mensen zoeken naar gemak. Maar voorgesneden groenten werden juist minder gekocht.
250 gram per dag als basis
Voedingsdeskundigen benadrukken dat 250 gram groenten per dag essentieel is voor een gezond eetpatroon. Met een groeiende groep flexitariërs lijkt dit makkelijker haalbaar, maar dat lukt alleen als groenten ook echt het startpunt van je maaltijd zijn. Denk bijvoorbeeld aan een romige bloemkoolcurry, een traybake met seizoensgroenten of een frisse tomatensalade.
Minder verspilling, meer smaak
Door te koken met losse, verse groenten kun je precies afstemmen hoeveel je nodig hebt, wat voedselverspilling voorkomt. Bovendien zijn verse producten vaak voordeliger dan voorgesneden varianten.
Tip voor thuis: Plan rond verse groenten
Probeer eens om je maaltijd vanuit de groenten te bedenken. Kies op de markt of in de supermarkt een seizoensgroente en laat dat de hoofdrol spelen. Combineer bijvoorbeeld geroosterde wortel met linzen of maak een stevige pompoensoep met verse kruiden.
Conclusie:
Flexitarisch eten is een mooie trend, maar om echt gezond en duurzaam te eten, hoort daar 250 gram verse groenten per dag bij. Maak groenten het belangrijkste ingrediënt op je bord en proef de veelzijdigheid die de seizoenen te bieden hebben!