Nonnevotten bakken voor carnaval – Wie van een feestje houdt, is dol op carnaval. En daar horen nonnevotten bij. Deze goudbruine, met suiker bestrooide deeghapjes zijn geliefd vanwege hun knapperige buitenkant en zachte, luchtige binnenkant. Maar het is meer dan alleen een carnavalsgebakje; ze staan symbool voor gezelligheid en traditie. Je moet ze absoluut een keer proeven.
Limburgse lekkernij
Nonnevotten zijn gefrituurde deeghapjes gemaakt van een zacht, zoet brooddeeg. De lekkernij heeft een herkenbare knoopvorm, wat direct verwijst naar de oorsprong van de naam. ‘Nonnevot’ betekent in het Limburgs letterlijk ‘nonnenkont’ en is een speelse verwijzing naar de knoop die lijkt op een geknoopte schortband. Hoewel de naam een knipoog is, is de smaak van deze traditionele traktatie bloedserieus: zoet, knapperig en onweerstaanbaar lekker.
Nonnevotten komen oorspronkelijk uit Limburg, met name uit de stad Sittard. Ze werden vroeger door nonnen gebakken en verkocht om geld in te zamelen voor goede doelen. De knoopvorm van de nonnevot symboliseert verbondenheid en saamhorigheid. Tegenwoordig zijn ze niet meer weg te denken uit de Limburgse carnavalscultuur, maar ze worden ook buiten het seizoen graag gegeten.
In Heerlen noemt men een nonnevot ook wel ”sjtrikke’ of ‘poeffele’. Nonnevotten worden veel gegeten met de jaarwisseling of met carnaval.
Die heerlijke nonnevotten kun je ook zelf bakken
Natuurlijk zijn nonnevotten in Limburg bij verschillende bakkers te koop, maar hoe leuk en hoe gezellig is het om ze zelf te bakken? Doe het samen, want dat is pas echt verbondenheid en saamhorigheid. Let wel even op het volgende: Gebruik het liefst volle melk en echte (boeren)roomboter. Gebruik fijne suiker. Laat het deeg goed rijzen om ze echt luchtig te krijgen. Zorg dat de temperatuur van de olie exact 180 graden is. Zo krijgen ze een mooie goudbruine korst, zonder dat ze vet worden. Haal ze na het bakken direct door de suiker, dan hecht de suiker beter.
Nonnevotten
Print receptIngrediënten voor dit recept
- 200 ml. volle melk
- 75 gram (boeren)roomboter
- 2 verse eieren
- 500 gram witbroodmix
- 50 gram witte basterdsuiker
- frituurolie
- fijne suiker
Bereidingswijze van dit recept
Zelf nonnevotten bakken doe je zo:
Verwarm de melk met de boter, zodat de boter smelt en laat het mengsel afkoelen tot lauw.
Klop de eieren los.
Meng broodmix en basterdsuiker in een kom en duw er een kuil in.
Schenk de eieren erin en voeg het melkmengsel toe.
Roer het door elkaar en kneed er een soepel en elastisch deeg van.
Vorm van het deeg een bol, leg deze in een kom, dek de kom af met een doek en laat het deeg 1 uur op een warm, tochtvrij, plekje rijzen.
Duw het deeg plat, kneed het nog een keer door en rol het deeg op een met bloem bestoven aanrecht uit tot een 1 cm dikke lap.
Snijd (gebruik een pizzasnijdertje) de deeglap in ca. 20 repen van 3 cm breed.
Vorm er rolletjes van en leg er een losse knoop in, zodat het binnenste gedeelte iets open blijft.
Laat het deeg nog 15 minuten narijzen.
Verhit frituurolie tot 180 °C. Strooi fijne kristalsuiker op een bord.
Bak de nonnevotten met 2-3 tegelijk licht goudbruin en gaar.
Wentel ze direct uit de frituur door de kristalsuiker.
Eet de nonnevotten het liefst warm.
Tafel lekker !!