Een pruimenclafoutis van verse pruimen is een heerlijk eenvoudig nagerecht waarmee je het beste uit het korte pruimenseizoen haalt. Wie langs een bordje “Pruimen te koop” fietst, weet hoe verleidelijk een zak vol Hollandse pruimen kan zijn. Vers geplukt zijn ze onweerstaanbaar zo uit het vuistje, maar nog lekkerder in een zelfgebakken pruimenclafoutis. Je hebt maar een paar basisingrediënten nodig, een ovenschaal en een uurtje geduld. Het resultaat is een luchtige, licht zoete taart vol sappige pruimen die prachtig kleuren in de oven.
Zelf een pruimenclafoutis maken is helemaal niet ingewikkeld. Het beslag klop je binnen twintig minuten in elkaar en de rest doet de oven voor je. De geur van kaneel en warme pruimen vult je keuken en maakt het wachten de moeite waard. Serveer deze pruimenclafoutis lauwwarm, eventueel met een lepel dikke hangop of een bolletje ijs. Zo tover je met een handvol verse ingrediënten een feestelijk dessert op tafel dat altijd indruk maakt. Met deze pruimenclafoutis van verse pruimen laat je zien dat zelf maken vaak veel lekkerder is dan kant-en-klaar.
Pruimenclafoutis
Ingrediënten:
- ongeveer 10 pruimen (de bodem van een grote koekenpan vol)
- 30 gram boter
- 2 eetlepels kristalsuiker
- 1 theelepel kaneel
- boter en kristalsuiker voor de vorm
- amandelschaafsel voor garnering
- 50 gram amandelmeel
- ½ vanille stokje
- 30 gram bloem
- 75 gram kristalsuiker
- rasp 1 limoen
- 200 ml slagroom
- 50 ml yoghurt
- 2 eieren
- 2 eidooiers
Zo maak je een pruimenclafoutis:
Maak eerst de vulling:
Halveer de pruimen en verwijder de pit.
Verhit een pan met antiaanbaklaag. Doe er de boter in en laat smelten.
Strooi er dan de suiker en de kaneel in. Laat dit eventjes pruttelen tot het begint te verkleuren. Niet roeren!
Leg er dan de pruimen in met de snijkant naar onderen en laat het lekker karamelliseren. Draai het vuur uit en laat ze een beetje afkoelen. Je kunt in de tijd dat ze afkoelen mooi het beslag maken.
Verwarm de oven voor op 175 graden Celsius.
Schraap het vanillestokje leeg en meng dit met bloem, amandelmeel, suiker en limoenrasp.
Klop eieren met dooiers en slagroom glad en voeg die bij de droge ingrediënten, klop tot een egaal mengsel.
Smeer een ovenvaste schotel van ongeveer 2 liter inhoud in met boter en bestrooi met kristalsuiker.
Schenk het mengsel in de vorm en leg de pruimen met het snijvlak omhoog in het beslag, zorg ervoor dat je bij iedere pruim wat van die heerlijke karamelstroop neemt. De pruimen zullen eerst in het beslag zakken, maar dat is niet erg; zorg dat er een paar op elkaar komen te liggen, zodat er nog enkele zichtbaar blijven.
Bestrooi het beslag met amandelschaafsel.
Bak de clafoutis 35-40 min tot hij goudkleurig en stevig is.
Extra tips:
Haal de pruimenclafoutis niet te vroeg uit de oven anders zakt hij genadeloos in. Maar laat hem ook niet te lang bakken, want dan wordt hij droog, als het midden mooi hoog is en enigszins stevig aanvoelt als je er voorzichtig op drukt, dan is die gaar.
Het lekkerste is de pruimenclafoutis als je hem lauwwarm eet, eventueel met wat hangop of een bolletje ijs.
Tafel lekker !!
Een pruimenclafoutis van verse pruimen is een mooie manier om volop te genieten van het Hollandse pruimenseizoen. Iedereen weet dat er niets boven verse pruimen gaat. Deze pruimenclafoutis van verse pruimen laat zien hoe eenvoudig het kan zijn om met een handvol ingrediënten een bijzonder nagerecht op tafel te zetten.
Door de pruimen eerst kort te karamelliseren met een beetje suiker en kaneel krijgen ze extra diepte in smaak. Die kleine moeite maakt een groot verschil.
Of je nu een volle zak pruimen bij de boer hebt gehaald of in de supermarkt op een bakje mooie exemplaren stuitte: de basis is hetzelfde. Kies altijd de rijpste pruimen die je kunt vinden, want dat proef je terug. De rest van de ingrediënten voor deze pruimenclafoutis van verse pruimen heb je vaak al in huis: eieren, slagroom, yoghurt en wat bloem. Het amandelmeel geeft het beslag net wat meer bite en een subtiele nootachtige smaak.
Deze pruimenclafoutis van verse pruimen is zo bijzonder omdat jij hem zelf maakt
Met deze pruimenclafoutis van verse pruimen hoef je geen gevorderde bakker te zijn. Het is een heel dankbaar gerecht voor beginnende bakkers die iets speciaals willen maken zonder ingewikkelde technieken. Het beslag klop je eenvoudig samen in een grote kom. Door de pruimen met wat karamelstroop in het beslag te leggen, krijg je die mooie, sappige stukjes fruit in elke hap. Bestrooi alles met amandelschaafsel voor een knapperig laagje.
Wie wil kan de pruimenclafoutis van verse pruimen een eigen draai geven. Wissel de pruimen eens in voor kersen, abrikozen of rabarber. Ook peren of appels doen het goed. Zo maak je steeds een ander seizoensgerecht, maar de basis blijft hetzelfde. Het geheim zit hem in de verse, rijpe vruchten die hun sap langzaam afgeven tijdens het bakken.
In deze pruimenclafoutis van verse pruimen vind je zachte smaken en mooie texturen. Lauwwarm is hij op zijn best: de karamel is nog een beetje stroperig en de vulling luchtig. Serveer hem direct uit de oven met een bolletje ijs of een schep dikke hangop. Zet de schaal gerust midden op tafel, zodat iedereen zelf kan pakken. Dat maakt het extra gezellig.
Gebruik alleen het beste fruit
Kies bij voorkeur voor Hollandse pruimen. In de supermarkt vind je vaak ook veel importpruimen, maar die halen het qua smaak niet bij echt verse Hollandse rassen zoals Opal, Reine Victoria en Reine Claude. Met deze pruimen proef je pas echt hoe vol en zoet een pruimenclafoutis van verse pruimen kan zijn.
Bewaar restjes van de pruimenclafoutis van verse pruimen in de koelkast, goed afgedekt, maximaal twee dagen. Je kunt hem koud eten, maar een paar minuten opwarmen in de oven geeft net weer die versgebakken beleving. Invriezen kan, maar vers uit de oven is hij altijd het lekkerst.
Serveer je pruimenclafoutis met liefde
Wil je de pruimenclafoutis van verse pruimen meenemen? Laat hem dan in de schaal afkoelen en dek hem goed af. Zo blijft hij stevig genoeg om onderweg niet uit elkaar te vallen. Een mooie clafoutis is namelijk niet alleen lekker, maar ook een blikvanger op tafel.
Geniet vooral van het idee dat je met zoiets simpels als een bakje verse pruimen een groot verschil maakt. Vers is altijd lekkerder dan een kant-en-klare taart uit de winkel. Die kleine moeite loont, zeker als je samen met familie of vrienden van deze pruimenclafoutis van verse pruimen smult.
Pruimenclafoutis
Ingrediënten voor dit recept
- ongeveer 10 pruimen (de bodem van een grote koekenpan vol)
- 30 gram boter
- 2 eetlepels kristalsuiker
- 1 theelepel kaneel
- boter en kristalsuiker voor de vorm
- amandelschaafsel voor garnering
- 50 gram amandelmeel
- ½ vanille stokje
- 30 gram bloem
- 75 gram kristalsuiker
- rasp 1 limoen
- 200 ml slagroom
- 50 ml yoghurt
- 2 eieren
- 2 eidooiers
Bereidingswijze van dit recept
Zo maak je de pruimenclafoutis:
Maak eerst de vulling:
Halveer de pruimen en verwijder de pit.
Verhit een pan met antiaanbaklaag. Doe er de boter in en laat smelten.
Strooi er dan de suiker en de kaneel in. Laat dit eventjes pruttelen tot het begint te verkleuren. Niet roeren!
Leg er dan de pruimen in met de snijkant naar onderen en laat het lekker karamelliseren. Draai het vuur uit en laat ze een beetje afkoelen. Je kunt in de tijd dat ze afkoelen mooi het beslag maken.
Verwarm de oven voor op 175 graden Celsius.
Schraap het vanillestokje leeg en meng dit met bloem, amandelmeel, suiker en limoenrasp.
Klop eieren met dooiers en slagroom glad en voeg die bij de droge ingrediënten, klop tot een egaal mengsel.
Smeer een ovenvaste schotel van ongeveer 2 liter inhoud in met boter en bestrooi met kristalsuiker.
Schenk het mengsel in de vorm en leg de pruimen met het snijvlak omhoog in het beslag, zorg ervoor dat je bij iedere pruim wat van die heerlijke karamelstroop neemt. De pruimen zullen eerst in het beslag zakken, maar dat is niet erg; zorg dat er een paar op elkaar komen te liggen, zodat er nog enkele zichtbaar blijven.
Bestrooi het beslag met amandelschaafsel.
Bak de clafoutis 35-40 min tot hij goudkleurig en stevig is.
Extra tips:
Haal de pruimenclafoutis niet te vroeg uit de oven anders zakt hij genadeloos in. Maar laat hem ook niet te lang bakken, want dan wordt hij droog, als het midden mooi hoog is en enigszins stevig aanvoelt als je er voorzichtig op drukt, dan is die gaar.
Het lekkerste is de pruimenclafoutis als je hem lauwwarm eet, eventueel met wat hangop of een bolletje ijs.
Tafel lekker !!
