Rode kool met stoofpeertjes – Je krijgt gelijk trek als je de geur ruikt die vrijkomt als de rode kool staat te pruttelen. Je weet alleen al door de geur dat er iets lekkers aan gaat komen. Heerlijke geuren vullen de keuken. De frisse kruidige geuren van kaneel en sinaasappel voeren hierin de boventoon. Rode kool met stoofpeertjes past perfect in de winterse keuken van stoofvlees en wildgerechten. Maar ook een eenvoudige gehaktbal of een stukje kip is er erg lekker bij.
Zelf snijden en koken is echt lekkerder
Het snijden van die verse rode kool is even een werkje en het schillen van de peertjes ook, maar het is het echt waard. Je kunt de kool zo fijn of grof snijden als je zelf lekker vindt, en nog belangrijker, je kunt zelf kiezen welke smaken je toevoegt. Bij de kant-en-klare versies kun je kiezen voor met of zonder appels. Als je zelf rodekool kookt gebruik je net zo veel appels, en ook de appels die jij lekker vindt. Maar je kunt voor de afwisseling ook eens kiezen voor rode kool met peertjes, sinaasappel en lekker veel kaneel. Die heerlijke winterse smaken vind je in een potje niet.
Stoofpeertjes in de rode kool
Waarom zouden het altijd appels moeten zijn? Peren kunnen ook perfect in de rode kool. Het zijn vaak dezelfde gerechten waarbij rode kool en stoofpeertjes gegeten worden. Ook de kooktijd komt overeen, het is dus eigenlijk een logische combinatie. Toch zie je bijna altijd alleen maar appel in de rode kool. Geef het eens een kans en verras je tafelgenoten. Maak rode kool met stoofpeertjes, zeker weten dat het in de smaak valt.
Een keer werk, meerdere keren rode kool als bijgerecht
Een rode kool weegt ongeveer 1,5 kilo, soms wat meer, soms wat minder. Tel daar nog 1,5 kilo Gieser wildeman bij op en je hebt een behoorlijke pan vol. Dat is veel te veel zul je denken, maar een grote pan vol met rode kool met stoofpeertjes is nooit een probleem. Je kunt het met gemak 2 keer in een week serveren. Een keer met heerlijk stoofvlees en een keer met bijvoorbeeld gehakt in een ovenschotel. Zo heb je twee totaal verschillende maaltijden.
Maar rode kool kun je ook perfect invriezen, hoe handig is dat! Als je het een keer wat drukker hebt haal je het uit de vriezer. Eventje opwarmen en niemand die proeft dat de rode kool uit de vriezer komt.
Rode kool; niet alleen om te stoven met appeltjes
Rode kool kennen we vooral met een appeltje. Maar er kan zoveel meer. Salade, stamppot, ovenschotel; met een rode kool kan het allemaal.
Stoofperen; de heerlijke smaak van herfst en winter
Tien recepten met stoofperen in de hoofdrol. Van pure nostalgie tot modernere varianten. Heb jij al eens een koek gevuld met stoofperen? Ontdek het hier.
Rode kool met stoofpeertjes
Print receptIngrediënten voor dit recept
- 1,5 kilo rode kool
- 1,5 kilo Gieser wildeman stoofperen
- 1 sinaasappel
- 2 eetlepels azijn
- 2-3 eetlepels suiker
- 3 theelepels kaneel
- 1 theelepeltje kardemompoeder
- 3 blaadjes laurier
- 4 kruidnagels
- 1 eetlepel maizena
- zout en peper
Bereidingswijze van dit recept
Zo maak je rode kool met stoofpeertjes:
Snijd de rode kool in dunne reepjes en doe ze in een grote pan.
Was de sinaasappel en rasp van ongeveer de helft de schil.
Pers de sinaasappel uit en voeg die samen met de schil, de suiker, de azijn, 250 ml water, een theelepeltje zout, een beetje peper en de kruiden bij de rode kool.
Schil de peertjes en snijd ze in blokjes, roer ze door de rode kool.
Breng de rode kool met stoofpeertjes aan de kook en kook dit zachtjes ongeveer 45 minuten. De kooktijd is afhankelijk van de soort en de dikte van snijden.
Proef om te weten of de kool gaar is. Voeg er naar smaak nog zout, peper, azijn of suiker aan toe.
Los de maizena op in een klein bodempje water en roer dit door de rode kool met stoofpeertjes. Laat het kort even doorkoken. Haal de laurierblaadjes en de kruidnagels uit de rode kool.
Serveer de rode kool met stoofpeertjes met bijvoorbeeld stoofvlees en aardappelpuree.
Tafel lekker !!
Er hoeft geen water bij? En zo ja, hoeveel dan?
Om aanbranden te voorkomen moet er inderdaad een klein beetje water bij Liduin. 250 ml ongeveer.