Friet-ei – De snack met een gekookt ei en ragout, in een krokant jasje. Dit is een snack die in Venlo en omstreken geliefd is, maar buiten die regio nog vrij onbekend. Daarom is het hoog tijd voor een recept van het friet-ei. Zo leg je vanavond gewoon eieren op de borrelplank.
Het friet-ei al meer dan 60 jaar een Venlose traktatie
Meer dan 60 jaar geleden bedacht Mie Schreurs, van automatiek Piccadilly in Venlo, het in het zuiden zo bekende friet-ei. Echter, de Groningers claimen dat de Aaierbal, of eierbal, hun idee was. Dit werd een vete die Groningen gewonnen heeft. De Groningse eierbal kreeg een plek op de lijst van immaterieel cultureel erfgoed. Maar wat maakt het eigenlijk ook uit wie er gewonnen heeft, als de smaak van de snack maar goed is.
En ei, verstopt in een kroket
Eigenlijk is het friet-ei een ei in een kroket. Dat ze niet overal verkrijgbaar zijn, komt niet omdat ze niet lekker zijn. Snacks worden zoals bekend is meestal bevroren verkocht. Omdat je de snack in dit geval niet in kunt vriezen, is het voor de handel lastig om de snack in een groot volume te maken. Gekookte eieren invriezen is geen goed idee. Ze worden rubberachtig en laten vocht los. Als je dus ergens friet-ei op de kaart ziet, dan weet je zeker dat ze vers en met de hand gemaakt zijn.
Vind je 10 friet-eieren teveel? Maak dan het gewenste aantal en maak van de rest van de ragout kroketten, die kun je namelijk wel invriezen.
Traditioneel wordt een friet-ei met een kerrieragout gemaakt
Het friet-ei van Mie uit Venlo is een half gekookt ei, met een kerrieragout. Je snapt dat dat recept een goed bewaard geheim is. Je vindt er daarom hier een eigen variant van, met een heel ei, verstopt in een lekkere runderragout. De variant uit dit recept heeft door het gebruik van een heel ei een flink formaat. Het is dan ook een stevige hap.
Ei op de borrelplank; daar maak je vrienden mee
Serveer bij je avondje borrelen met vrienden eens ei op de borrelplank. Als salade, wrap of gefrituurd er is voor iedereen wel iets lekkers.
Friet-ei
Print receptIngrediënten voor dit recept
- 350 gram magere runderlappen
- 1 ui
- zout en peper
- nootmuskaat
- 2 laurierblaadjes
- 80 gram boter
- 50 ml slagroom
- 100 gram bloem en bloem om te paneren
- 6 gram gelatine (4 blaadjes)
- 15 eieren
- +/- 300 gram paneermeel
- olie om in te frituren
Bereidingswijze van dit recept
Zo maak je friet-eieren:
Begin liefst een dag van tevoren met het garen van het vlees.
Zet een pan met ongeveer 750 ml water op het vuur. Voeg hier het vlees, de laurier, een halve ui met schil en een beetje zout en peper aan toe. Breng aan de kook. Als dit eenmaal kookt, mag het vuur op klein en laat je het vlees afhankelijk van soort en kwaliteit minimaal 1 uur trekken. Je moet het vlees met 2 vorken uit elkaar kunnen trekken. Haal het vlees uit de bouillon en leg op een bord om af te koelen. Zeef de bouillon, die gebruik je voor de roux.
Scheid 5 eieren. 5 eiwitten zijn nodig bij het paneren. Voor de roux zijn 2 eidooiers nodig. 3 dooiers zijn over.
Trek het vlees uit elkaar en snijd met een mes nog iets fijner.
Snijd de andere helft van de ui in heel fijne stukjes.
Leg de gelatine in koud water om te wellen.
Smelt de boter en laat hier de ui even zachtjes in smoren. De ui moet mooi glazig zijn. Voeg 100 gram bloem toe en laat die garen. Het moet een samenhangend geheel zijn. Als er zich een dun laagje op de bodem van de pan begint te vormen is de bloem gaar.
Voeg nu beetje bij beetje ongeveer 500 ml bouillon toe. Roer steeds goed door om klontjes en aanbranden te voorkomen. Laat tussendoor steeds even doorkoken. Zo kun je bepalen wanneer je moet stoppen met vocht toevoegen. Het moet een stevig lopende massa met een mooie glans zijn. De roux mag niet meer melig smaken. Is dit wel het geval, dan nog even doorkoken.
Voeg als de roux goed doorgekookt is het vlees toe. Kook dit samen even goed door en breng op smaak met peper, zout, nootmuskaat en mosterd. Voeg de uitgeknepen gelatine toe en roer, van het vuur af, goed door. De gelatine mag niet koken.
Voeg nu de eidooiers en de slagroom toe. Giet de runderragout in een schaal en dek af met huishoudfolie. Laat dit liefst een nacht afkoelen.
Breng een pan met ruim water aan de kook en kook hierin 10 eieren 8 minuten. Laat de eieren afkoelen en verwijder de schillen.
Zet 4 borden klaar, waarvan 1 met los geklopt eiwit, 1 met bloem en 1 met paneermeel.
Leg de eieren in de bloem en rol ze er even door, zo hecht de ragout beter.
Verdeel de ragout in 10 porties.
Maak je handen nat en druk in een hand een portie ragout tot een platte cirkel. Leg hierin een ei en druk de ragout om het ei heen. Zorg dat er geen lucht tussen het ei en de ragout zit. Leg op het nog lege bord. Doe dit ook met de andere eieren.
Rol nu de eieren een voor een door de bloem, het eiwit en het paneermeel en leg weer terug op het bord. Als alle eieren een laagje paneermeel hebben, rol je ze nog even door je handen tot een mooie ronde bal. Daarna rol je ze nogmaals door het eiwit en het paneermeel.
Leg de friet-eieren koel weg tot gebruik. Bewaar ze maximaal 3 dagen in de koelkast. Je kunt ze helaas niet invriezen.
Bak het friet-ei in zonnebloemolie of frituurvet van 180 graden tot ze mooi goudbruin zijn.
Laat ze na het frituren nog een paar minuutjes liggen, zo wordt het ei ook lekker warm.
Serveer het friet-ei met een flinke lik mosterd of mayonaise.
Tafel lekker !!