Eierkroketten – Kroketten bestaan er met allerlei vullingen. In Nederland worden vooral heel veel rundvleeskroketten gegeten, met als variatie hierop de satékroket en de goulashkroket. In België zijn garnalenkroketten erg populair. En natuurlijk ken je allemaal de aardappelkroketjes. Wat bij veel minder mensen bekend is, is dat je ook kroketten kunt maken met een vulling, een mooi woord hier voor is salpicon, van eieren. Eierkroketten dus. Zo serveer je bijvoorbeeld eieren op de borrelplank. Eierkroketten zijn een leuk en lekker alternatief voor vleeskroketten. Ze zijn heerlijk op een broodje, bij de frietjes, of gewoon als snack. Ook leuk om op tafel te zetten bij een (paas)brunch!
Zelf kroketten maken
Die eierkroketten ga je natuurlijk zelf maken. En dat is echt prima te doen. Zelf kroketten maken is niet zo ingewikkeld als het lijkt. Het is echter geen klusje dat je in een half uurtje regelt. Je moet er wel een beetje tijd in steken, maar dat is zeker de moeite waard. Denk even aan de gezichten van je tafelgenoten als ze jouw zelfgemaakte kroketten proeven. Het handigst is om het maken van de kroketten over 2 dagen te verdelen. De ene dag maak je de salpicon, de andere dag maak je daar de eierkroketten van.
Variëren met eierkroketten
Het recept hieronder is een basisrecept. Dat betekent dat je met wat extra toevoegingen of veranderingen, een leuke variatie op de gewone eierkroketten kunt maken. Denk bijvoorbeeld aan het vervangen van de mosterd door sambal of currypasta voor een pittige eierkroket. Of voeg wat stukjes ham toe aan de salpicon. Kortom, bijna alles wat lekker is met ei kun je ook in de eierkroketten verwerken.
Uiteraard kun je in plaats van kroketten ook bitterballen maken. De werkwijze is hetzelfde, je maakt alleen balletjes ter grootte van een golfballetje in plaats van een kroket.
Ei op de borrelplank; daar maak je vrienden mee
Serveer bij je avondje borrelen met vrienden eens ei op de borrelplank. Als salade, wrap of gefrituurd er is voor iedereen wel iets lekkers.
Eierkroketten
Print receptIngrediënten voor dit recept
- 6 hardgekookte eieren
- 50 gram boter
- 50 gram bloem
- 350 ml koude melk
- 2 flinke eetlepels crème fraîche
- 2 blaadjes gelatine
- 2,5 theelepels mosterd
- 1 theelepel Worcestershire sauce
- 1 eetlepel gehakte peterselie
- 1/2 theelepel zout
- zwarte peper
- 100-150 gram paneermeel
- 6 eetlepels bloem
- 3 eieren, losgeklopt
- olie om te frituren
Bereidingswijze van dit recept
Verder nodig:
- plastic huishoudfolie
- een lage ovenschaal afmeting ongeveer 25×18 cm
- bakpapier
- een klein dienblad, bakplaat of iets dergelijks dat in de vriezer past.
Zo maak je eierkroketten:
Pel de hardgekookte eieren en hak ze in kleine stukjes.
Week de gelatine in een kommetje koud water.
Smelt in een sauspan, op een laag vuur, de boter. Laat hem niet bruin worden. Voeg in een keer de bloem toe. Roer die goed door de boter heen. Dit gaat het handigst met een rubberen spatel. Laat dit mengsel, onder voortdurend roeren, 3 minuten bakken om de bloem te garen. Schenk er dan scheutje voor scheutje de melk erbij. Blijf roeren om klontjes te voorkomen. Doe de crème fraîche erbij en roer die er doorheen. Je hebt nu een roux.
Schud de gelatine uit en los ze op in de hete roux. Roer de gelatine er echt goed door heen.
Breng de roux op smaak met de mosterd, Worcestershire sauce, peper, zout en peterselie. Meng de stukjes ei door de roux. Vanaf nu heet het geen roux meer, maar salpicon, oftewel de kroketvulling.
Schep de salpicon over in de ovenschaal en strijk hem mooi glad. Leg een vel plastic huishoudfolie op de salpicon. Daarmee voorkom je velvorming. Laat even afkoelen en zet de schaal dan in de koelkast. Liefst een aantal uren of de hele nacht. De salpicon moet echt door en door koud zijn om te kunnen worden verwerkt tot kroketten.
De volgende stap is het vormen van de kroketten.
Zet 3 diepe borden klaar. Vul er een met de bloem, een met het paneermeel en een met het losgeklopte ei.
Zet een dienblad, bakplaat, bedekt met bakpapier klaar.
Haal het plastic van de salpicon en snijd die (nog in de schaal) in 8 gelijke delen. Je kunt eventueel een weegschaal gebruiken. 1 deel zal ongeveer 100 gram wegen.
Vorm van een deel een kroket. Rol de kroket door de bloem. Dan door het ei. Vervolgens door het paneermeel. Nog een keer door het ei en nog een keer door het paneermeel. Let er op dat de kroket echt helemaal gepaneerd is. Leg de kroket op het blad met bakpapier. Dit herhaal je nog 7 keer tot je 8 kroketten hebt.
Zet het blad met de eierkroketten een paar uur in de vriezer. Eventueel kun je ze kroketten ook een paar uur in de koelkast goed koud laten worden. Bevroren kroketten zullen echter minder snel stuk gaan in de frituur.
Frituur de bevroren eierkroketten goudbruin in ongeveer 6 minuten, in olie of frituurvet van 180 graden. Ga je de kroketten niet eerst invriezen, houd dan 4,5 à 5 minuten aan. Frituur niet meer dan 2 kroketten tegelijk, anders koelt de olie te snel af.
Als je bitterballen hebt gemaakt, frituur je iets korter. Ook hier geldt, niet te veel bitterballen tegelijk in de pan.
Lekker met wat mosterd of mayonaise.
Als je de eierkroketten langer wilt bewaren in de vriezer, doe ze dan, als ze bevroren zijn, over in diepvrieszakjes.
Tafel lekker !!
Het mengsel van bloem en boter dat is de roux.
Het verschil tussen een roux en een salpicon is inderdaad verwarrend Wouter. Een roux is een basisbindmiddel voor sauzen. Een salpicon is een gevulde, gebonden mengeling die wordt gebruikt als vulling of topping. In het geval van kroketten noem je het dus een salpicon.
Kun je de eierkroketten ook afbakken in de oven of airfryer?
Dat kan, maar ze zullen minder krokant worden Astrid. Verwarm dan eerst voor tot 180 graden en bak ongeveer 10 minuten.