Aftrap culinaire Jacobsroute 2015 in Paznaun Ischgl
Zo, het was me een dagje wel! Vandaag vertrok ik, Vanessa, van Lekker Tafelen naar een gebied in Oostenrijk dat ik nog niet kende, maar dat in de pers bekend staat als ‘culinaire hotspot’ of zelfs ‘culinair Mekka’ van de Alpen. Alsof dat nog niet genoeg was, bleek Ischgl – het stadje waar we naar toe gingen – ook nog wel het ‘Ibiza van de Alpen’ te zijn. Allemaal superlatieven dus. Spannend vooruitzicht.
Pittig reisje
Maar goed, eerst moesten we er nog zien te komen. ‘We’ zijn in dit geval de uitgenodigde pers. Een heterogeen gezelschap, dat in elk geval allemaal van lekker eten houdt, dus dat komt helemaal goed. In een ideale wereld vlieg je er naartoe op Innsbrück, maar wij vlogen op Zürich. Daar stond keurig een busje klaar van de alpentaxi, die ons nog een pittige rit van ruim drie uur beloofde. En pittig was het. De chauffeur, die net zo goed een gepensioneerde skileraren had kunnen zijn – wit haar, getaande huid, saffie tussen de tanden en een donkere skizonnebril – had waarschijnlijk iets te veel formule 1 races gekeken. Met permanente snelheid van vér boven de toegestane maxima sjeesden we door Zwitserland en Oostenrijk. Nu was dat op de snelweg nog niet zo erg, al werd het wat linker in de tunnels waar hij rustig alles met een dubbele snelheid inhaalde. Maar op de kleine bergweggetjes werden we achterin gewoon maar lacherig van de zenuwen. Bussen werden in bochten ingehaald, door dorpskernen stond te teller nog op meer dan 80 per uur en de rem gebruikte de goed man ook liever niet.
Hotel Piz Buin en eten in Hotel Trofana Royal
Enfin, we kwamen veilig aan in hotel Piz Buin in Ischgl. Ja, die naam klinkt bekend in de oren: van dat zonnebrandmerk. Een heel fijn hotel. In de kamers ruikt het lekker naar hout, het is zeer comfortabel ingericht en in de kelder een prachtig, weliswaar klein, zwembadje van RVS. Op de grond een vloerbedekking waar je met je voeten in wil blijven kroelen, kortom: een zeer goed hotel.
‘S avonds werden we verwelkomd in Hotel Trofana Royal, een 5-sterren hotel met uitstekende keuken. Natuurlijk werden we in de watten gelegd, met bubbels en hapjes en aansluitend een 6 gangen diner dat culinair van hoge kwaliteit was, en ook zo was samengesteld dat het niet te exclusief klonk. Dus geen zaken als truffel, foie gras of kikkerbilletjes, maar wél een salade van gemarineerde cantharellen, buikspek, een riviervisje met een verrukkelijke doperwtjescrème…. Een streling voor de smaakpapillen. Iedereen aan onze tafel heeft alles helemaal opgegeten.
Geen opgedirkte chic
Daarna moesten we natuurlijk nog de lokaal geproduceerde schnapps proeven – geen straf – om weer terugzwalkend naar ons eigen hotel met onze hakken in de roosters te blijven hangen van de metalen trappen en bruggen over het water. Ach, je moet er wát voor over hebben….
Maar nu zul je misschien denken: Wow, klinkt allemaal wel heel erg chic. Tja, dat valt eigenlijk wel mee, vind ik. Het blijft een Tiroler bergdorp. Met dames in dirndels, mannen in lederhosen en een weliswaar live, Tiroler jodelmuziekje.
Eerste indruk: beslist de moeite waard. To be continued….
Geweldig verhaal!
Ik zie het voor mij. Ik ken die streek van bijna 60 jaar geleden. Het was toen eem boeren dorp met koekoeksklok-achtige huisjes en het eten…. Super platte schnitzels en vette aardappels. Ik kijk naar het volgende verslag uit.
Leuk Annemarie, er wordt nu gekookt met lokale producten en zo min mogelijk apparatuur. Wij volgen het vanuit Nederland ook met veel plezier