Rode wijnsaus – Een rode wijnsaus is echt simpel te maken, alleen moet je bij deze rode wijnsaus een klein beetje geduld hebben. Schrik niet, ik praat niet over uren, maar je moet de roux even de tijd geven om te kleuren en dat heeft een paar minuutjes nodig. Een roux is een van de meest gebruikte manieren om een saus te binden en maak je door boter te smelten en daar bloem bij te doen. Met de bloem en de boter kan je spelen om je saus wat dikker of juist wat dunner te maken. Lekker bij een biefstukje of een karbonaadje.
Rode wijnsaus
Wat heb je nodig (hoeveelheid voor saus bij 4 stukjes vlees):
- 20 gram boter
- 25 gram bloem
- 125 ml donkere vleesbouillon
- 125 ml rode wijn
- peper en zout naar smaak
Smelt de boter in een steelpan op matig vuur en wacht tot het schuim vrijwel volledig is weggetrokken. De boter wordt wat bruin. Zet het vuur laag en roer de bloem snel door de boter. Laat een paar minuten zachtjes pruttelen totdat de roux bruin gekleurd is, roer niet.
Giet al roerende met een garde of houten lepel de helft van de bouillon bij de roux, zet het vuur iets horen en blijf roeren tot het mengsel glad en gebonden is. Schenk dan de rest van de bouillon en alle wijn scheutje voor scheutje erbij en blijf roeren zodat de saus glad blijft.
Breng aan de kook, draai het vuur laag en laat nog ongeveer 3 minuten pruttelen en indikken. Breng op smaak met peper en zout.
Wil je liever een “gewone” bruine saus, vervang de rode wijn dan door bouillon, in totaal krijg je dan 250 ml bouillon.
Tafel lekker!